Second opinion versus het deskundigenoordeel? Wat is het verschil?
Second opinion of het deskundigenoordeel? Zoek de verschillen
Per 1 juli 2017 is de Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) op een aantal onderdelen aangepast. De nadruk is meer komen te liggen op het onderwerp preventie. Een in het oog springende wijziging ziet op de verplichting van de werkgever om een werknemer een second opinion aan te bieden als hij of zij het niet eens is met het oordeel van de bedrijfsarts.
De vraag is interessant in hoeverre deze second opinion verschilt van de mogelijkheid een deskundigenoordeel bij het UWV aan te vragen? Tijd om hier eens nader bij stil te staan.
Wanneer een second opinion?
Een second opinion kan op kosten van de werkgever door de werknemer worden aangevraagd bij een andere door de werkgever gecontracteerde onafhankelijke bedrijfsarts indien de werknemer twijfelt aan de juistheid van het door de bedrijfsarts gegeven advies. Het is een instrument dat vergelijkbaar is met de mogelijkheid een second opinion aan te vragen in de curatieve sector bij twijfel over het oordeel/diagnose van een arts.
Advies tweede bedrijfsarts
De raadpleging van deze tweede bedrijfsarts resulteert in een advies van die tweede bedrijfsarts. De second opinon is geregeld in artikel 2.14d van het Arbeidsomstandighedenbesluit en kan gaan over een advies van een bedrijfsarts in het kader van (artikel 14 lid 1 onderdeel b of c, onderdeel 10 of 30):
- de verzuimbegeleiding;
- een uitgevoerd gezondheidskundig onderzoek (met uitzondering van aanstellingskeuringen);
- de consultatie met betrekking tot gezondheidskundige vraagstukken in verband met de arbeid.
De second opinion kan dus al vrij vroeg in het proces van ziekmelding worden ingezet.
Aanvragen second opinion
De second opinion heeft betrekking op het gehele advies van de eerste bedrijfsarts en ziet niet alleen op de uitvoering en de uitkomst van de onderzoeken. Het gaat hierbij om een zelfstandig oordeel door een andere door de werkgever gecontracteerde bedrijfsarts. Het aanvragen heeft geen opschortende werking ten aanzien van het advies van de eerste bedrijfsarts. Dit advies moet dus in feite gewoon opgevolgd worden.
- De eerste bedrijfsarts dient aan de bedrijfsarts die de second opinion uitvoert alle relevante informatie te verstrekken. De werknemer bepaalt na het uitvoeren van de 2nd opinion of deze aan de eerste bedrijfsarts ter beschikking wordt gesteld.
- De eerste bedrijfsarts blijft in beginsel de verzuimbegeleiding uitvoeren.
Er is inmiddels een pool opgericht van bedrijfsartsen die second opinions kunnen uitvoeren. De landelijke pool bedrijfsartsen second opinion (LPBSO) voert second opinions uit voor werknemers die via hun werkgever zijn aangesloten bij een arbodienst of bedrijfsarts die lid is van één van de volgende branche organisaties: OVAL, KoM en ZFB. Op de website van de LPBSO is het aanvraagformulier en de lijst van aangesloten bedrijfsartsen te vinden. Het is ook mogelijk om naar de second opinion poli te gaan.
Let op! De second opinion vindt anoniem plaats. De werkgever ontvangt alleen een nota als er gebruik is gemaakt van een second opinion zonder dat herleidbaar is wie dat heeft gedaan.
Wanneer een deskundigenoordeel?
We kunnen 4 soorten deskundigenoordelen onderscheiden (artikel 32 Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen), een deskundigenoordeel kan gegeven worden over:
- het al dan niet bestaan van arbeidsongeschiktheid voor het eigen werk;
- het nakomen van de re-integratieverplichting door de werknemer;
- het aanwezig zijn van passende arbeid bij de werkgever;
- het nakomen van de re-integratie-inspanningen door de werkgever.
Zowel de werkgever als de werknemer kunnen een deskundigenoordeel bij het UWV aanvragen. Een second opinion kan daarentegen alleen door een werknemer worden aangevraagd.
Deskundigenoordeel UWV
Een deskundigenoordeel dient te worden aangevraagd bij het UWV waarbij afhankelijk van de vraagstelling ofwel de verzekeringsarts ofwel de arbeidsdeskundige dit deskundigenoordeel zal uitvoeren.
Daarbij heeft de door het UWV benoemde deskundige de wettelijke taak om bij een verschil van mening tussen een werkgever en een werknemer over de betaling van loon te beoordelen of een werknemer al dan niet arbeidsgeschikt is (artikel 32 lid 1 Wet SUWI juncto artikel 7:629a BW).
Let op! Een bedrijfsarts is dus geen deskundige in het kader van een gerechtelijke procedure over de vraag of er al dan niet recht op loon bestaat, als bedoeld in artikel 7:629a BW.
Kosten deskundigenoordeel
Aan het deskundigenoordeel bij het UWV zijn zowel voor de werknemer (€ 100) als voor de werkgever (€ 400) kosten verbonden. Zoals al is besproken vindt een second opinion plaats op kosten van de werkgever (artikel 44 Arbowet) die één of meerdere onafhankelijke niet tot dezelfde arbodienst als de eerste bedrijfsarts behorende andere bedrijfsartsen moet contracteren.
Tot slot: second opinion versus deskundigen oordeel
Een second opinion is ruimer qua bereik dan een deskundigenoordeel door het UWV. Dit neemt niet weg dat de kans bestaat op enige overlap. Het zal voor het UWV lastig zijn om met een afwijkend advies te komen als twee bedrijfsartsen onafhankelijk van elkaar tot eenzelfde advies zijn gekomen.
De praktijk zal moeten uitwijzen of dit ook daadwerkelijk het geval zal zijn of dat beide instrumenten elkaar juist kunnen aanvullen.
Maandag 11 januari 2021
Auteur: Monique van de Graaf, HR business partner met als specialisatie arbeidsrecht en sociale zekerheid. Ze is auteur van de boeken “Arbeidsrecht voor de professional” en “Sociale zekerheid voor de professional” die jaarlijks worden geactualiseerd.